Stroomopwaarts: Vervoermiddel der toekomst

De Kampioen was er in de zomer van 1898 nog stellig van overtuigd dat het ‘vervoermiddel der toekomst voornamelijk door electrische drijfkracht zal worden bewogen’. Elektrische auto’s waren immers mechanisch betrouwbaarder en comfortabeler dan auto’s met verbrandingsmotoren. En sneller ook.

Op de tentoonstelling van automobielen in het Paleis voor Volksvlijt in Amsterdam in 1903 pronkten vooral auto’s die voor benzine waren ingericht, toch grotendeels omdat het ‘laden der accumulatoren zijne eigenaardige bezwaren heeft’.

Toch waren er rond 1900 al diverse taxibedrijven die met elektrische auto’s rondreden. Later werd de elektrische auto een hoffelijk gebaar genoemd jegens de ‘heren en vooral de dames van stand’. Terwijl de heren de voorkeur gaven aan de benzineauto, gebruikten vrijwel alle dames uit hogere kringen de schone en rustige electric.

Nederland was er minstens zo vroeg bij. Rond 1900, toen zich op het Amsterdamse Koningsplein nog de stal van de Amsterdamsche Rijtuig Maatschappij bevond en op het Leidseplein de paarden van Sisselaar stonden, kreeg de Maatschappij Holland de opdracht tien elektrische auto’s te leveren aan de Amsterdamse Posterijen. Maar de accu’s waren te snel leeg. Soms moesten drie tot vier keer per dag gewone rijtuigen de post van een van de auto’s overnemen omdat deze met problemen stil stonden.

In het mei 2020 verschenen boek Stroomopwaarts: Revoluties in Electriciteit komt naast de elektrische trein en tram ook de elektrische auto ter sprake. De doorbraak liet ruim honderd jaar op zich wachten, maar de volledig elektrische auto vervangt nu in gestaag tempo de conventionele auto. Op 1 januari van dit jaar stonden er 107.000 volledig elektrische auto's geregistreerd in Nederland, 62.000 meer dan in 2019.