Minder wagenziekte in zelfrijdende auto’s door Mobility Lab
Zelfrijdende auto’s lijken alleen maar voordelen te hebben: ze zijn veiliger en je kunt lekker achterover leunen op weg naar huis of werk. Maar er zijn ook nadelen: veel mensen last hebben van wagenziekte als ze in een rijdende auto een film bekijken of een boek lezen. Twee Maleisische onderzoekers van de faculteit van Industrial Design van de Technische Universiteit in Eindhoven, Nidzamuddin Md. Yusof and Juffrizal Karjanto, hebben een manier gevonden om dit probleem te verlichten. Dit doen ze door het zogenaamde omgevingsbewustzijn van de passagier te vergroten. Ze hebben hun oplossing getest in een Mobility Lab, een speciale auto die een zelfrijdende auto simuleert. Yusof en Karjanto verdedigen hun proefschrift op respectievelijk 3 en 4 juli aan de TU/e.
In een volledig geautomatiseerde auto wordt de chauffeur passagier. Terwijl de auto alle taken afhandelt die te maken hebben met het rijden, heeft de inzittende alle vrijheid om zich bezig te houden met werk, sociale contacten of vrijetijdsbezigheden. Nadeel is dat mensen die in een auto andere dingen doen dan sturen, minder besef hebben van hun omgeving en de bedoelingen van de auto. Daardoor zijn ze minder voorbereid op de krachten die ontstaan als de auto plotseling versnelt, afremt of afslaat. Bij veel mensen leidt dit tot wagenziekte, een serieus probleem dat de verdere ontwikkeling van zelfrijdende auto's kan vertragen.
Wagenziekte kun je deels oplossen met een meer defensieve rijstijl, zodat de auto abrupte veranderingen in richting of snelheid zoveel mogelijk vermijdt. Alleen is dat een stedelijke omgeving, met veel kruisingen en zijstraten, geen oplossing.
Om een beter alternatief te bieden, hebben de twee onderzoekers vier apparaten ontwikkeld die de passagier op een subtiele manier informeren over zijn positie zonder dat hij naar buiten hoeft te kijken. Twee apparaten geven die informatie met visuele hints, de andere twee met trillingen. Ze testten de apparaten in een speciaal uitgeruste auto, het Mobility Lab, die fungeert als een simulatie van een zelfrijdende auto. Op die manier kregen ze veel relevantere resultaten dan met een gangbare simulator.
De vier apparaten werden ieder getest met circa 20 passagiers, die elk drie keer een uur werden geobserveerd terwijl ze een film bekeken of een boek lazen op een tablet. Alle vier apparaten verhoogden het omgevingsbewustzijn van de deelnemers. Twee apparaten slaagden er ook in de wagenziekte te verlagen: het Peripheral Visual Feedforward System (PVFS) (voor deelnemers die een film bekeken), en de Vibrotactile Display with Active Movement Mechanism (VDAM) (voor deelnemers die een boek lazen op een tablet).
Het PVFS bestaat uit twee rijen van 32 led-lampen links en rechts van het filmscherm, die de passagier informeren over een voorgenomen verandering van richting. De VDAM communiceert die informatie via trillingen in de onderarm en twee bewegende platen in de stoel.
In een volledig geautomatiseerde auto wordt de chauffeur passagier. Terwijl de auto alle taken afhandelt die te maken hebben met het rijden, heeft de inzittende alle vrijheid om zich bezig te houden met werk, sociale contacten of vrijetijdsbezigheden. Nadeel is dat mensen die in een auto andere dingen doen dan sturen, minder besef hebben van hun omgeving en de bedoelingen van de auto. Daardoor zijn ze minder voorbereid op de krachten die ontstaan als de auto plotseling versnelt, afremt of afslaat. Bij veel mensen leidt dit tot wagenziekte, een serieus probleem dat de verdere ontwikkeling van zelfrijdende auto's kan vertragen.
Wagenziekte kun je deels oplossen met een meer defensieve rijstijl, zodat de auto abrupte veranderingen in richting of snelheid zoveel mogelijk vermijdt. Alleen is dat een stedelijke omgeving, met veel kruisingen en zijstraten, geen oplossing.
Om een beter alternatief te bieden, hebben de twee onderzoekers vier apparaten ontwikkeld die de passagier op een subtiele manier informeren over zijn positie zonder dat hij naar buiten hoeft te kijken. Twee apparaten geven die informatie met visuele hints, de andere twee met trillingen. Ze testten de apparaten in een speciaal uitgeruste auto, het Mobility Lab, die fungeert als een simulatie van een zelfrijdende auto. Op die manier kregen ze veel relevantere resultaten dan met een gangbare simulator.
De vier apparaten werden ieder getest met circa 20 passagiers, die elk drie keer een uur werden geobserveerd terwijl ze een film bekeken of een boek lazen op een tablet. Alle vier apparaten verhoogden het omgevingsbewustzijn van de deelnemers. Twee apparaten slaagden er ook in de wagenziekte te verlagen: het Peripheral Visual Feedforward System (PVFS) (voor deelnemers die een film bekeken), en de Vibrotactile Display with Active Movement Mechanism (VDAM) (voor deelnemers die een boek lazen op een tablet).
Het PVFS bestaat uit twee rijen van 32 led-lampen links en rechts van het filmscherm, die de passagier informeren over een voorgenomen verandering van richting. De VDAM communiceert die informatie via trillingen in de onderarm en twee bewegende platen in de stoel.
Geen opmerkingen: